Aldabra reuzenschildpad Geochelone gigantea
De naam van deze schildpad verwijst naar Aldabra, het eiland in de Seychellen waar ze vandaan komen.
Net als andere soorten landschildpadden, is de Aldabra reuzenschildpad een echte planteneter. Het is een grazer, die zijn leefgebied stelselmatig kan afgrazen.
De Aldabra reuzenschildpad in vogelvlucht
- eet
- planten en fruit
- komt uit
- de Seychellen
- uitblinker in
- overleven
Groot, groter, grootst
De Aldabra reuzenschildpad is zonder twijfel een enorme schildpad. Het schild van een mannetje kan wel 1,2 meter lang worden, meer dan twee keer zo groot als een gemiddelde landschildpad. Dit maakt de Aldabra reuzenschilpad de grootste landschildpad ter wereld. Met hun enorme gewicht is het soms erg vermoeiend om actief te zijn. Vaak rusten ze daarom overdag, maar sloom zijn ze niet! Als ze willen kunnen ze namelijk best hard lopen.
Vrouwtje verlaat het nest
Het vrouwtje legt vier tot veertien rubberachtige eieren in een ondiep, droog nest. Slechts de helft van deze eieren is bevrucht. Net als andere schildpadden, is er ook bij de Aldabra reuzenschildpad geen sprake van broedzorg. Nadat het vrouwtje haar eieren heeft gelegd, verlaat ze het nest. Bij hoge temperaturen komen de eieren uit na 110 dagen, bij lage temperaturen na 250 dagen. De jonge schildpadden graven zichzelf uit het nest en trekken op eigen houtje de wereld in.
Primeur bescherming
Tijdens de zeventiende eeuw waren zeelieden vaak maanden op zee. Zodra ze onderweg aan land kwamen, haalden ze kilo’s voedsel aan boord. Rond de Indische Oceaan vingen de zeelieden vooral reuzenschildpadden, met als gevolg dat deze landschildpadden snel in aantallen afnamen. Gelukkig werd het leefgebied van de reuzenschildpadden tot beschermd gebied uitgeroepen: hiermee was de reuzenschildpad een van de eerste beschermde diersoorten ter wereld.