In dit verhaal vertelt dierverzorger Job hoe dieren, net als mensen, hun eigen partner kiezen en diversiteit in de natuur vanzelfsprekend is.

Afrikaans pinguin koppel
Job van Tol Dierverzorger en educator

Voorzichtig zak ik op mijn knieën in het zand om met een emmer haring tussen mijn benen de pinguïns te gaan voeren. Het is zomer, het duurt nog even voordat de honderdtwintig pinguïns voor mijn neus in koppels uiteen vallen om hun nestholen in te duiken voor het broedseizoen. Op de achtergrond hoor ik luide muziek die komt van honderden boten die zich massaal op de Amsterdamse grachten even verderop verzamelen voor de Canal Parade. Het is Pride, een week waarin diversiteit wordt gevierd door samen te komen en in een kleurrijke parade een eenheid te vormen. Nog altijd blijft het nodig om te benadrukken hoe belangrijk de vrijheid is om zelf te kiezen wie je bent én van wie je houdt.

De vrijheid om te kiezen

Ook de Afrikaanse pinguïns die nu voor mijn neus staan hebben zelf een partner mogen kiezen en dat is wat ze als kolonie zo succesvol maakt. Als de partner bevalt, dan blijven de pinguïns hun leven lang bij elkaar. Best fijn toch, dat ze de vrijheid hebben om zelf de leukste te mogen uitkiezen? Bij pinguïns en bij zeker 1500 andere vogel- en zoogdiersoorten kom je regelmatig mannen- en vrouwenkoppels tegen. Er is geen diersoort die daar een probleem van maakt, behalve de mens.

De kracht van vertrouwen

Tussen de vale gieren in Artis leven ook mannenkoppels. Het is boeiend om te zien hoe serieus zij het kiezen van een partner nemen. Niet alleen kiezen ze iemand die beschikbaar is, maar het moet ook een gier zijn die je kunt vertrouwen. Gieren hebben in het broedseizoen een gelijke taakverdeling. Als de ene gier op het ei broedt, dan kan de andere eten halen en andersom. Alleen samen kunnen ze succesvol jongen grootbrengen. Ze hebben dus een betrouwbare partner nodig, die net zo graag wil als zijzelf. Hun keuze valt dan ook wel eens op een partner van hetzelfde geslacht. Twee mannen of twee vrouwen kunnen alleen niet samen jongen krijgen. Daarom werd koppelvorming tussen dieren van gelijk geslacht lang als onnatuurlijk bestempeld. Het hoogste doel was volgens biologen immers het doorgeven van je genen.

Zorg en zorgzaamheid

Maar als homokoppels niet zelf voor nageslacht kunnen zorgen, betekent dat natuurlijk niet dat ze niet voor nageslacht kunnen zórgen. Dat zorgzaamheid in hun natuur zat bewees ons mannenkoppel vale gieren toen zij een ei kregen dat op de grond van het verblijf lag en niet werd bebroed. Ze hebben het ei succesvol uitgebroed en een sterk kuiken grootgebracht. Hun jong, een vrouwtje, deed later mee aan een uitzetproject in het wild op Sardinië, waar ze al jaren succesvol overleeft. De prestatie van het mannenkoppel werd wereldnieuws. De gieren uit Artis kwamen van Tokyo tot New York in kranten en op tv. Erg leuk, maar het zegt ook veel dat mensen hier kennelijk zo van opkeken. Terwijl het grootbrengen van de jonge gier voor beide mannen zelf iets volstrekt natuurlijks bleek te zijn.

Diversiteit in de natuur

De vale gieren vormen goede ambassadeurs van de boodschap dat een gezonde natuur een vrije en diverse natuur is, waarbij je zelf mag kiezen wie je bent en van wie je houdt. Wie die diversiteit in twijfel trekt moet naar de diversiteit in de natuur kijken, vol pinguïntrio’s, anemoonvissen die van man naar vrouw veranderen en tweeslachtige bloemen. Diversiteit is natuurlijk en de natuur is divers. Ik kijk uit naar het nieuwe broedseizoen.

Dit verhaal is door Job opgetekend als column voor Hollands Glorie.